- We streven ernaar dat gehandicapten dezelfde kansen hebben als mensen zonder handicap en dat zij op gelijkwaardige manier zelfstandig deel kunnen nemen aan alle sectoren van de samenleving. Daarvoor is het nodig dat openbare ruimtes toegankelijk zijn. Niet alleen de openbare buitenruimtes, zoals straten, stoepen, fietspaden, pleinen en parken, maar ook openbare gebouwen, zoals het gemeentehuis, de bibliotheek en het zwembad. Ook belangrijk zijn winkels en horecalocaties.
- Mensen zonder handicap houden niet altijd rekening met mensen met een handicap. Dit is niet zozeer een kwestie van onwil, maar vooral van onwetendheid en soms zelfs onbegrip: als je zelf niet gehandicapt bent, kun je je haast niet voorstellen hoe het is om het wél te zijn. Dit, terwijl er veel te leren valt van de levenservaring en houding van gehandicapten. De kracht, de moed, de humor, de inventiviteit en het doorzettingsvermogen die nodig zijn om te kunnen leven met een handicap, vormen een bron van inspiratie. Samen optrekken is een verrijking voor alle partijen.
- Gehandicapten mogen geen hinder ondervinden bij het uitoefenen van hun recht op sociale en maatschappelijke voorzieningen, zoals inkomen, werk, welzijn, sport en recreatie, zorg en onderwijs. Dit betekent, dat uitvoerende professionals maatwerk leveren, zodat zij samen met de gehandicapte, behoeften en de mogelijkheden op elkaar afstemmen.

Slechtziende vrouw en rolstoelgebonden man zijn in gesprek met twee aandachtig luisterende wethouders en een medewerker Stadsbeheer van de gemeente. Locatie: op de stoep.